gezond

bijv.naamw.

Uitspraak:

[xəˈzɔnt]

1) in goede lichamelijke en geestelijke toestand - fit, healthy, able-bodied

Ondanks zijn hoge leeftijd is hij goed gezond. - Notwithstanding his old age, he is quite healthy.

zo gezond als een vis (=zeer gezond) - as fit as a fiddle

je gezonde verstand gebruiken (=nuchter en logisch nadenken) - use common sense

2) als iets goed voor je gezondheid is - wholesome, healthy

Sport is gezond als je niet overdrijft. - Sport is healthy if you don't overdo it.

© K Dictionaries Ltd.

gezond

beneficial to one's health ; well ; thriving ; rosy cheeked ; prosperous ; in good health ; healthy ; flourishing ; fit ; fighting fit ; clear ; wholesome ; vigorous ; sun-ray finish ; sun- ray finish ; sun finish ; spun illuminated ; sound ; reguline ; healthful

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm; KNNV; Vlietstra; Wikipedia




NL: blakend
NL: blakend van gezondheid
NL: fit
NL: getraind
NL: gezondheidsbevorderend
NL: heelhuids
NL: heilzaam
NL: kras
NL: vitaal
NL: zonder ziekte

Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels: UK-spelling: vigourous US-spelling: vigorous

NL: uitstekend gezond EN: in excellent health
NL: gezonde taal spreken EN: talk sense
NL: gezond verstand EN: common sense
NL: zo gezond als een vis EN: as fit as a fiddle
NL: gezond en wel EN: safe and sound
NL: gezond naar lichaam en geest EN: sound in body and mind
NL: gezond blijven EN: keep fit
NL: gezond maken EN: cure
NL: de zaak is gezond EN: it's all right, it's all in the bag