I voordoen

werkw.

Uitspraak:	['vordun]
Verbuigingen:	deed voor (verl.tijd ) heeft voorgedaan (volt.deelw.)

doen als voorbeeld voor iemand anders - demonstrate, show how to

Hij deed nog een keer voor hoe je een knoop in je veter legt. - He showed one more time how to tie one's shoe laces.

II zich voordoen

reflexief werkw.

Uitspraak:	['vordun]
Verbuigingen:	deed zich voor (verl.tijd ) heeft zich voorgedaan (volt.deelw.)

gebeuren - occur, happen

Een stroomstroring als deze doet zich hier een keer of twee per jaar voor. - A power failure like this occurs once or twice a year here. Als de gelegenheid zich voordoet, zal ik het hem vragen. - I will ask him when occasion arises.

© K Dictionaries Ltd.

voordoen (ww.)	to arise ; to come to light ; to demonstrate ; to occur ; to put on ; to show how to do it ; to showing
het voordoen	the demonstrating
voordoen	attach ; put onto

Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages




NL: aan het licht komen
NL: gebeuren
NL: passeren
NL: plaatsvinden
NL: tonen
NL: uitgeven
NL: verschijnen
NL: voorbinden
NL: voorvallen

NL: ik zal 't je eens voordoen EN: I'll show you (how to do it)
NL: zich voordoen EN: (van vraag, omstandigheid) arise EN: (van gelegenh.) offer, present itself
NL: hij doet zich goed voor EN: he has a good address
NL: zij weet zich aardig voor te doen EN: she has a way with her
NL: zich voordoen als EN: pose as, make o.s. out