Vertaal
Naar andere talen: • UIT > DEUIT > ESUIT > FR
Vertalingen UIT NL>EN

I uit

bijwoord
Uitspraak:  [œyt]

1) niet in werking, afgelopen - out, over, finished
Doe jij de radio uit? - Would you put the radio out?
Het vuur is uit. - The fire is extinguished.
uitdrukking Ik heb het boek uit.
uitdrukking Punt uit!

2) van je lichaam af - off, down
Heb jij je jas al uit? - Did you take your jacket off already?

3) niet meer in de mode - out-dated
Die muziek was een jaar geleden erg populair maar is nu helemaal uit. - This music was popular a year ago, but now it's completely forgotten.

4) in een richting naar buiten - out, outside, in front of
voor je uit staren - stare in front of oneself
uitdrukking uit eten gaan
uitdrukking de bal uit slaan

5) <in allerlei uitdrukkingen>
- completely, thoroughly
uitdrukking er helemaal uit zijn
uitdrukking Ik ben er uit!
uitdrukking er niet over uit kunnen


II uit

voorzetsel
Uitspraak:  [œyt]

1) afkomstig van - out, from
wijn uit Frankrijk - wine from France
frites met mayonaise uit een puntzak - french fries with mayonaise in a paper cone

2) naar buiten - out, outside
Ga de kamer uit! - Leave the room!
schone lakens uit de kast halen - get the clean sheets out of the closet

3) op grond van - on, out of
handelen uit principe - act on principle
iets uit liefde doen - do something out of love

4) <in verschillende uitdrukkingen>
- out
uitdrukking uit wandelen gaan
uitdrukking uit drie delen bestaan

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
uit as from now ; ready for use ; ready ; prepared ; over ; out ; off ; of today ; from ; finished ; evident ; concluded ; completed ; complete ; clear ; achieved ; accomplished
UIT (Afkorting) unijunction transistor ; UJT (Afkorting)
uit because of ; turned off ; through ; switched off ; owing to ; out of ; on account of ; of ; for sake of ; for ; extinct
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wakefield genealogy pages; Vlietstra; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `UIT`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aan
NL: af
NL: afgedaan
NL: afgelopen
NL: afwezig
NL: bedacht
NL: beëindigd
NL: buiten
NL: door
NL: eruit

Alternatieve spelling of gebruik
Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels:
UK-spelling: compleat
US-spelling: complete
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: hij komt uit A EN: he comes from A
NL: uit de kust EN: off shore
NL: (hij bood het ) uit zichzelf (aan) EN: of his own accord
NL: een dagje uit zijn EN: have a day's outing
NL: hij is met haar uit geweest EN: he has taken her out
NL: het vuur (mijn sigaar) is uit EN: the fire (my cigar) is out
NL: de kerk (school, het spel) is uit EN: church (school, the game) is over
NL: dat moet uit zijn EN: it's got to stop
NL: het boek is uit EN: (verschenen) is out, (uitgelezen) is finished
NL: het is uit tussen ons EN: it is all over between us
NL: (de tand) moet eruit EN: must come out
NL: het moet eruit EN: I must get it off my chest
NL: uit moeten EN: have to go out
NL: uit mogen EN: be allowed to go out
NL: ik ben er helemaal uit EN: my hand is out
NL: de vlek wil er niet uit EN: the stain won't come out
NL: en daarmee uit! EN: and that's that!, and that's all there is to it
NL: uit en thuis EN: out and home
NL: erop uit zijn om te... EN: be out to..., be bent on...