Vertaal
Naar andere talen: • tegelijk > DEtegelijk > EStegelijk > FR
Vertalingen tegelijk NL>EN

tegelijk

bijwoord
Uitspraak:  [təxəˈlɛik]

op hetzelfde moment of in dezelfde periode - together, at the same time
twee dingen tegelijk doen - do two things at the same time
Als je naar de bakker gaat, wil je dan tegelijk brood voor mij meenemen? - If you go to the baker, would you please take some bread for me too?

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
tegelijk at same time ; concurrently ; simultaneous ; simultaneously ; synchronous ; at a time ; at the same time ; together with
Bronnen: interglot; Vlietstra; MWB


Voorbeeldzinnen met `tegelijk`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aaneen
NL: bijeen
NL: gelijk
NL: gelijktijdig
NL: ineen
NL: samen
NL: simultaan
NL: tegelijkertijd
NL: tevens
NL: tezamen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: allen tegelijk! EN: all together!
NL: één tegelijk EN: one at a time
NL: tegelijk met EN: simultaneously (along) with