schaal

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[sxal]
Verbuigingen:	schalen (meerv.)

1) bak van aardewerk of glas waarin eten wordt opgediend of bewaard - dish, bowl, tray

fruitschaal - fruit bowl vuurvaste schaal - fire resistent dish

2) maatstaf voor verhoudingen - scale, criterion, standard

schaalmodel - scale model een kaart met een schaal van 1 op 50.000 - a map with a scale of 1 to 50.000

op grote schaal (=in grote aantallen) - large scale Er wordt op grote schaal gefraudeerd met reisverzekeringen. - Travel insurance allows for large scale fraude.

3) harde buitenkant - shell, encasing, scales

eierschaal - egg shell schaaldieren - crustaceans

© K Dictionaries Ltd.

de schaal (v)	the scale ; the bag
de schaal	the bowl ; the baking dish ; the casserole ; the dish ; the hull ; the husk ; the platter ; the shell
schaal	scale of assessment ; valve ; tuning dial ; tube ; strand shell ; station scale ; slabbing offcut ; shell ; evaporating dish ; bowl ; capsule ; carapace ; course ; cover ; dial ; dome ; double skin ; bark ; extensive ; facing board ; graduated scale ; light control device ; peel ; plate ; Scale

Bronnen: Wakefield genealogy pages; Diving dictionary; MWB; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Vlietstra; KNNV




NL: bolster
NL: dop
NL: maatstaf
NL: ovenschaal
NL: plateau
NL: proportie
NL: schaaltje
NL: schelp
NL: schil
NL: schotel

NL: in de schaal werpen EN: throw into the scale
NL: dat doet de schaal doorslaan EN: that settles the matter, that turns the scales
NL: op schaal tekenen EN: draw to scale
NL: op schaal vergroten (verkleinen) EN: scale up (down)
NL: op grote schaal EN: on a large scale
NL: operaties op grote schaal EN: large-scale operations
NL: slachting (verwoesting) op grote schaal EN: wholesale slaughter (destruction)