Vertalingen persoonlijk NL>EN
persoonlijk
bijv.naamw.
die of dat bij een bepaalde persoon hoort -
personal, individual persoonlijke bezittingen - personal possessions |
iets persoonlijk afgeven (=zelf iets afgeven, dus niet het laten doen) - deliver (something) personally
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
persoonlijk | paradigmatic ; personal ; private ; subjective ; in own hands ; in person ; in the flesh ; personally ; subjective |
Bronnen: interglot; kde.nl/node/386; Download IATE, European Union, 2017.; MWB
Voorbeeldzinnen met `persoonlijk`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: eigenNL: individueelNL: subjectiefNL: zelfUitdrukkingen en gezegdes
NL: het
persoonlijke
EN: the personal touchNL: persoonlijke lening
EN: personal loan