Vertalingen passeren NL>EN
passeren
werkw.
Uitspraak: | [pɑˈserə(n)] |
Verbuigingen: | passeerde (verl.tijd ) heeft gepasseerd (volt.deelw.) |
voorbij gaan -
pass by, go by, get ahead Het is zo'n smal weggetje dat twee auto's elkaar niet kunnen passeren. - It is such a narrow road that two cars couldn't pass each other. |
je gepasseerd voelen (=je gekwetst voelen omdat je niet mocht meedoen) - feel left behind; feel left out
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
passeren (ww.) | to move past ; to occur ; to overtake ; to pass ; to ride past ; to sail past |
passeren | execute ; finishing ; ignore ; leave out of account ; overhaul ; pass by ; passing ; traverse,to |
Bronnen: interglot; MWB; Download IATE, European Union, 2017.; Wakefield genealogy pages; SWOV onderzoek veiliger verkeer
Voorbeeldzinnen met `passeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bekrachtigenNL: doorbrengenNL: doorgaanNL: gaan doorNL: gebeurenNL: inhalenNL: negerenNL: ontafschuivenNL: overslaanNL: plaats hebbenUitdrukkingen en gezegdes
NL: hij is de 40 gepasseerd
EN: he is on the wrong side of 40