Vertalingen ontlopen NL>EN
ontlopen
werkw.
| Uitspraak: | [ɔntˈlopə(n)] |
| Verbuigingen: | ontliep (verl.tijd ) is/heeft ontlopen (volt.deelw.) |
1) moeite doen om (iemand) niet tegen te komen -
avoid, walk/get around, circumvent | Buiten het werk ontliep hij zijn collega's zo veel mogelijk. - Outside of work hours, he avoided his co-workers as much as possible. |
2) deel van de uitdrukking:  elkaar niet veel ontlopen
(=niet veel verschillen) - be pretty much the same; there is not much difference between...
De premies van de ziektekostenverzekeringen ontlopen elkaar niet veel. - The healthcare insurance policy premiums don't differ too much from each other.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| ontlopen (ww.) | to avoid ; to escape ; to evade ; to keep out of ; to outrun |
| het ontlopen | the avoidance ; the avoiding ; the evading ; the evasion ; the outflanking movement ; the shun ; the shunning ; the shying away from ; the trying to escape from |
Bronnen: interglot; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `ontlopen`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: mijdenNL: mijdingNL: omtrekkenbewegingNL: ontduikenNL: ontwijkenNL: schuwenNL: trachten te ontkomen aanNL: uit de weg gaanNL: uiteenlopenNL: verhoedenUitdrukkingen en gezegdes
NL: zij
ontlopen elkaar niet veel
EN: there is not much difference between them
