Vertalingen gaatje NL>EN
het gaatje
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [ˈxacə] |
Verbuigingen: | -s (meerv.) |
kleine opening -
cavity, opening, puncture Ik heb nog wel een gaatje in mijn agenda. (=ik heb nog wel een vrij tijdstip in mijn agenda) - I still got a spot in my schedule.
|
een gaatje in je hoofd hebben (=gek zijn) - have a leaking brain
|
tot het gaatje gaan (=tot het uiterste gaan) - go to the last
|
praatjes vullen geen gaatjes (=beloften alleen zijn onvoldoende) - pretty talk is not a deed done
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
het gaatje | the dimple ; the hole ; the leak ; the leakage ; the little hole |
gaatje | mounting hole |
Bronnen: MWB; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `gaatje`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: gatNL: lekNL: prikNL: waterlek