zelfst.naamw.
een ei leggen - lay an egg een ei uitbroeden - hatch an egg gebakken eieren met spek - fried eggs with bacon geklutste eieren - whipped up eggs een hardgekookt ei - hard-boiled egg |
(zachtgekookt) eitje! (=makkelijke klus) - that's a piece of cake!
|
het ei van Columbus (=een verrassend simpele oplossing) - egg of Columbus
|
Dat is het hele eieren eten. (=zo simpel is het) - It's as simple as that.
|
eieren voor je geld kiezen (=tevreden zijn met minder dan je eigenlijk had gewild) - make the best of a bad bargain
|
je ei niet kwijt kunnen (=niet kunnen zeggen of doen wat je eigenlijk had gewild) - not being able to act
|
op eieren lopen (=heel voorzichtig te werk gaan) - tread on eggs
|
Beter een half ei dan een lege dop. (=beter weinig dan niets) - half an egg is better than an empty shell
|
met iemand nog een eitje te pellen hebben (=met iemand nog een lastig gesprek moeten voeren) - have a bone to pick with someone
|