Vertalingen zekerheid NL>DE
de zekerheid
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [ˈzekərhɛit] |
Verbuigingen: | zekerheidheden (meerv.) |
omstandigheid dat je ergens zeker (1) van bent -
Sicherheit (die ~), Gewissheit (der ~) voor de zekerheid (=om elk risico te vermijden) - zur Sicherheit
Voor de zekerheid neem ik een reserve-exemplaar mee. - Zur Sicherheit nehme ich ein Ersatzexemplar mit.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de zekerheid (v) | die Absolutheit ; die Entschlossenheit ; das Pfand ; die Selbstsicherheit ; das Selbstvertrauen ; die Sicherheit |
de zekerheid | die Gewissheit |
zekerheid | Kaution ; Konfidenzniveau ; Sicherheit ; Sicherheitsleistung |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `zekerheid`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beslistheidNL: gewisheidNL: stelligheidNL: vastberadenheidNL: vastheidNL: vastigheidNL: veiligheidNL: volstrektheidNL: zelfvertrouwenNL: zelfverzekerdheid