Vertalingen volproppen NL>DE
volproppen (ww.) | fressen (ww.) ; futtern (ww.) ; hineinstopfen (ww.) ; pfropfen (ww.) ; stopfen (ww.) ; vollfressen (ww.) ; vollstopfen (ww.) |
volproppen (werkw.) | voll pfropfen |
volproppen | voll stopfen |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `volproppen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: overladenNL: stoppenNL: verzadigenNL: voletenNL: volschransenNL: volstoppenNL: volvreten