Vertalingen vlug NL>DE
vlug
bijv.naamw.
snel -
schnell , behende , flott iets vlugvlug doen (=iets zeer snel doen) - etwas schnell, schnell tun
|
Naar huis! En vlug wat! (=<dat zeg je tegen een kind>) - Ab nach Hause! Aber flott!
|
vliegensvlug (=zeer snel) - rasendschnell
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vlug | flink ; flink ; flott ; geschwind ; hastig ; rasch ; rasch ; schleunig ; schnell ; schnell |
Bronnen: Wiktionary; interglot
Voorbeeldzinnen met `vlug`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: behendigNL: bijdehandNL: binnenkortNL: gauwNL: haastigNL: handigNL: hardNL: rapNL: schielijkNL: snelUitdrukkingen en gezegdes
NL: vlug van begrip zijn
DE: schnell auffassen