1. MWB
  2. Vertalen
  3. verzoenen (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • verzoenen > EN • verzoenen > ES • verzoenen > FR
Vertalingen verzoenen NL>DE

verzoenen

werkw.
Uitspraak:  [vər'zunə(n)]
Verbuigingen:  verzoende (verl.tijd ) heeft verzoend (volt.deelw.)

vrede laten sluiten - versöhnen
Het was een poging om de twee kampen met elkaar te verzoenen. - Es war ein Versuch, die beiden Lager miteinander zu versöhnen.
verzoenende woorden - versöhnende Worte

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verzoenen (ww.) abstimmen (ww.) ; beilegen (ww.) ; beruhigen (ww.) ; beschwichtigen (ww.) ; besänftigen (ww.) ; schlichten (ww.) ; versöhnen (ww.)
verzoenen (werkw.) aussöhnen ; versöhnen
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `verzoenen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bijleggen
NL: boeten
NL: schikken

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (iemand, z.) met iemand verzoenen DE: mit einem versöhnen, aussöhnen
NL: verzoenend DE: (ook) versöhnlich