Vertaal
Naar andere talen: • verzieken > ENverzieken > ESverzieken > FR
Vertalingen verzieken NL>DE

verzieken

werkw.
Uitspraak:  [vər'zikə(n)]
Verbuigingen:  verziekte (verl.tijd ) heeft verziekt (volt.deelw.)

verpesten door vervelend te zijn - vergiften
Hun achterbaks gedrag verziekt de hele sfeer. - Ihr hinterhältiges Verhalten vergiftet die ganze Atmosphäre.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verzieken (ww.) abnehmen (ww.) ; fertigmachen (ww.) ; ruinieren (ww.) ; verderben (ww.) ; verkommen (ww.) ; verpesten (ww.) ; verseuchen (ww.) ; zerstören (ww.) ; zurückgehen (ww.) ; zurücklaufen (ww.)
verzieken vergiften
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `verzieken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bederven
NL: in de war sturen
NL: nekken
NL: ruïneren
NL: stukmaken
NL: verbroddelen
NL: verklungelen
NL: verknallen
NL: verknoeien
NL: verpesten