Vertaal
Naar andere talen: • uitzenden > ENuitzenden > ESuitzenden > FR
Vertalingen uitzenden NL>DE
uitzenden (ww.) ausreiben (ww.) ; aussenden (ww.) ; ausstrahlen (ww.) ; ausstreichen (ww.) ; ausstreuen (ww.) ; aussäen (ww.) ; einstellen (ww.) ; emittieren (ww.) ; engagieren (ww.) ; in Lohndienst einstellen (ww.) ; senden (ww.) ; streuen (ww.) ; verteilen (ww.)
uitzenden ausstrahlen ; senden ; übertragen
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `uitzenden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: detacheren
NL: presenteren
NL: rondstralen
NL: rondstrooien
NL: tewerkstellen
NL: uitstralen
NL: uitzaaien
NL: verbreiden
NL: verbreider
NL: verdeler

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: ('n concert) uitzenden DE: senden, (durch den Rundfunk) übertragen
NL: ('n concert) per radio, over alle zenders uitzenden DE: auf den Rundfunk, auf alle Sender übertragen