Vertaal
Naar andere talen: • smoren > ENsmoren > ESsmoren > FR
Vertalingen smoren NL>DE

smoren

werkw.
Uitspraak:  [ˈsmorə(n)]
Verbuigingen:  smoorde (verl.tijd ) heeft gesmoord (volt.deelw.)

1) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking niet in de wieg gesmoord zijn

2) (voedsel) in een afgesloten pan met wat vocht en vet langzaam gaar laten worden - schmoren
vlees smoren - Fleisch schmoren

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
smoren (ww.) brodeln (ww.) ; schmoren (ww.) ; pruzeln (ww.) ; löschen (ww.) ; leise kochen (ww.) ; jemanden erwürgen (ww.) ; jemanden ersticken (ww.) ; jemanden erdrosseln (ww.) ; ersticken (ww.) ; erlöschen (ww.) ; dämpfen (ww.) ; brutzeln (ww.) ; ausschalten (ww.) ; ausmachen (ww.) ; auslöschen (ww.) ; ablöschen (ww.)
smoren (werkw.) unterdrücken ; schmoren ; erwürgen ; ersticken ; erdrosseln ; brutzeln
smoren ein Feuer ersticken
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `smoren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: braiseren
NL: doodlopen
NL: doven
NL: iem. verstikken
NL: laten sudderen
NL: onderdrukken
NL: op vuur pruttelen
NL: pruttelen
NL: stikken
NL: stoffen