Vertaal
Naar andere talen: • reflecteren > ENreflecteren > ESreflecteren > FR
Vertalingen reflecteren NL>DE

reflecteren

werkw.
Uitspraak:  [reflɛkˈterə(n)]
Verbuigingen:  reflecteerde (verl.tijd ) heeft gereflecteerd (volt.deelw.)

1) (licht) weerkaatsen - reflektieren
paaltjes langs de weg die het licht van de koplampen reflecteren - Pfosten entlang des Weges, die das Licht der Scheinwerfer reflektieren

2) nadenken - reflektieren
Als hulpverlener moet je kunnen reflecteren op je eigen gedrag. - Als Erste-Hilfe-Leistender muss man sein eigenes Verhalten reflektieren können.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
reflecteren (ww.) echoen (ww.) ; erhallen (ww.) ; reflektieren (ww.) ; resonieren (ww.) ; spiegeln (ww.) ; widerhallen (ww.) ; widerspiegeln (ww.)
reflecteren (werkw.) reflektieren
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `reflecteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: beschouwen
NL: echoën
NL: stuiten
NL: terugkaatsen
NL: terugstoten
NL: weerkaatsen
NL: weerspiegelen