Vertalingen programma NL>DE
het programma
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [proˈxrɑma] |
| Verbuigingen: | programma's (meerv.) |
1) geheel van onderdelen van iets dat in een theater of op de televisie wordt vertoond -
Programm (das ~), Sendung (die ~) actualiteitenprogramma - Nachrichtensendung
kinderprogramma - Kinderprogramm
programmaboekje - Programmheft
een avondvullend programma - ein abendfüllendes Programm |
2) geheel van activiteiten die na elkaar plaatsvinden -
Programm (das ~) wasprogramma - Waschprogramm
Volgens het programma is de koffiepauze pas om 11:00 uur. - Laut Programm ist die Kaffeepause erst um 11.00 Uhr. |
3) samenhangende instructies die ervoor zorgen dat een computer op een bepaalde manier werkt -
Programm (das ~) | tekstverwerkingsprogramma - Textverarbeitungsprogramm |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het programma | die Agenda ; die Ausstrahlung ; das Programm ; die Radio-aussendung ; die Sendung ; der Termin ; die Übertragung ; der Zeitplan |
| programma | Computerprogramm ; Fahrplan ; Hörfunk-und Fernsehprogramm ; Lehrplan ; Programm ; Rechnerprogramm ; Zeitplan ; Zeitprogramm |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `programma`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beginselverklaringNL: computerprogrammaNL: magazineNL: overzichtNL: partijprogrammaNL: radio-uitzendingNL: roosterNL: uitzending
