Vertaal
Naar andere talen: • prijken > ENprijken > ESprijken > FR
Vertalingen prijken NL>DE

prijken

werkw.
Uitspraak:  [ˈprɛikə(n)]
Verbuigingen:  prijkte (verl.tijd ) heeft geprijkt (volt.deelw.)

(van iets dat je graag wilt laten zien) goed zichtbaar zijn - prangen
De onderscheiding prijkte op zijn revers. - Die Auszeichnung prangte auf seinem Revers.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
prijken (werkw.) prangen
prijken prangen
Bron: Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `prijken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: paraderen
NL: pralen
NL: pronken
NL: schitteren