Vertaal
Naar andere talen: • paraderen > ENparaderen > ESparaderen > FR
Vertalingen paraderen NL>DE
paraderen (ww.) flanieren (ww.) ; paradieren (ww.) ; schlendern (ww.) ; stolzieren (ww.)
paraderen großspurig stolzieren
Bronnen: interglot; Wikipedia; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `paraderen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: defileren
NL: flaneren
NL: pralen
NL: prijken
NL: pronken