1. MWB
  2. Vertalen
  3. prat (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • prat > EN • prat > ES • prat > FR
Vertalingen prat NL>DE

prat

bijv.naamw.
Uitspraak:  [prɑt]

deel van de uitdrukking: -
uitdrukking prat gaan op

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
prat anmaßend ; aufgebläht ; grandios ; großartig ; großzügig ; gönnerhaft ; hervorragend ; ruhmreich ; selbstgefällig ; stattlich ; stolz ; trotzig
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `prat`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: fier
NL: flink
NL: glorieus
NL: groots
NL: trots

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: prat gaan op DE: stolz sein auf (4), (z. beroemen) sich brüsten mit