1. MWB
  2. Vertalen
  3. pand (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • pand > EN • pand > ES • pand > FR
Vertalingen pand NL>DE

het pand

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [pɑnt]
Verbuigingen:  panden (meerv.)

gebouw - Haus (das ~), Gebäude (das ~)
bedrijfspand - Firmengebäude

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het pand Räumlichkeit ; das Lokal
de pand (m) die Gewähr ; das Gebäude ; das Grundstück ; das Haus ; die Häuser ; der Komplex ; die Konstruktion ; das Los ; die Partie ; die Parzelle ; das Pfand ; der Posten ; der Schoß ; die Sicherheit ; die Struktur ; das Teil ; das Unterpfand ; das Gebilde ; der Aufbau ; der Bau ; das Baugelände ; das Bauland ; die Baustelle ; die Bürge ; die Bürgschaft ; der Einsatz ; die Einsätze ; die Erbauung ; die Errichtung ; das Fläche ; die Garantie ; der Garantieschein
panddas Gebäude ; Pfandrecht ; Haltung
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `pand`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: belasting
NL: borg
NL: bouwwerk
NL: cautie
NL: cijns
NL: garantie
NL: gebouw
NL: huis
NL: jaspand
NL: loot

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (iets) in pand (geven) DE: als, zum Pfand
NL: in pand (nemen) DE: zum Pfand DE: (perceel, huis) Haus, Gebäude (das) DE: (kanaalgedeelte tussen twee sluizen) Haltung (die)