1. MWB
  2. Vertalen
  3. overwegen (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • overwegen > EN • overwegen > ES • overwegen > FR
Vertalingen overwegen NL>DE

overwegen

werkw.
Uitspraak:  [ovərˈwexə(n)]
Verbuigingen:  overwoog (verl.tijd ) heeft overwogen (volt.deelw.)

nadenken of je iets wilt doen of niet - nachdenken über , erwägen
overwegen je te laten omscholen tot meubelmaker - erwägen, sich zum Möbelschreiner umschulen zu lassen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
overwegen (ww.) erwägen (ww.) ; überlegen (ww.) ; veranschlagen (ww.) ; taxieren (ww.) ; tagen (ww.) ; spekulieren (ww.) ; Sitzung halten (ww.) ; sichberaten (ww.) ; sich beraten (ww.) ; reflektieren (ww.) ; konferieren (ww.) ; ernennen (ww.) ; ermessen (ww.) ; betrachten (ww.) ; bestimmen (ww.) ; beschauen (ww.) ; beraten (ww.) ; aussetzen (ww.) ; ausmachen (ww.)
overwegen (werkw.) erwägen
het overwegendie bedenken
overwegen in Erwägung ziehen
Bronnen: Wikipedia; interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `overwegen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afwegen
NL: bekijken
NL: beraadslagen
NL: beschouwen
NL: considereren
NL: denken
NL: in overweging nemen
NL: nagaan
NL: overdenken
NL: overheersen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: overwegende dat... DE: in der Erwägung daß...
NL: alles wel overwogen DE: alles wohl erwogen DE: (de doorslag geven) überwiegen, ausschlaggebend sein