Vertalingen oprollen NL>DE
oprollen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈɔprɔlə(n)] |
| Verbuigingen: | rolde op (verl.tijd ) heeft opgerold (volt.deelw.) |
1) (iets) tot een koker vormen -
aufrollen , aufwickeln het vloerkleed oprollen - den Teppich aufrollen een mug doodslaan met een opgerolde krant - eine Mücke mit einer aufgerollten Zeitung erschlagen |
2) (een groep criminelen) arresteren -
ausnehmen , auffliegen lassen | een drugsbende oprollen - eine Drogenbande auffliegen lassen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| oprollen (ww.) | aufrollen (ww.) ; aufwickeln (ww.) ; aufwinden (ww.) ; hochkrempeln (ww.) |
| oprollen (werkw.) | aufrollen ; hochgehen lassen ; hochnehmen |
| oprollen | Aufdrehen ; aufrollen ; aufspulen ; aufwerfen ; Spulerei ; wickeln |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `oprollen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afwikkelenNL: arresterenNL: bakenNL: inbakerenNL: inzwachtelenNL: liquiderenNL: omwikkelenNL: opheffenNL: opstropenNL: opwinden