Vertalingen normaliter NL>DE
normaliter (bijwoord) | normalerweise |
normaliter | gewöhnlich ; in der regel ; meistens |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `normaliter`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: algemeenNL: doorgaansNL: gemeenlijkNL: gewoonlijkNL: meestalNL: merendeels