Vertalingen meerdere NL>DE
I de meerdere
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | ['merdərə] |
Verbuigingen: | meerderen (meerv.) |
iemand met een hogere functie -
Vorgesetzte (die/der ~), Überlegene (die/der ~) hij moest in haar zijn meerdere erkennen (=hij moest toegeven dat zij beter is dan hij) - er musste erkennen, dass sie überlegen war
|
II meerdere
bijv.naamw.
meer dan één -
mehrere meerdere mogelijkheden - mehrere Möglichkeiten |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
meerdere (znw.) | der Fürst ; der Vorsteher ; der Vorgesetzte ; das Oberhaupt ; die Klostervorsteherin ; die Klosteroberin ; der Herrscher ; der Herr ; das Haupt ; der Chef |
de meerdere | der Vorgesetzter ; die Vorgesetze ; mehrere |
meerdere | mehrere ; verschiedene ; verschiedenartige ; unterschiedliche |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `meerdere`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: ambtNL: baasNL: chefNL: enkeleNL: ettelijkeNL: herhaaldNL: ladingNL: leidinggevendeNL: meesterNL: patroonUitdrukkingen en gezegdes
NL: hij is mijn
meerdere in kracht
DE: er ist mir an Kräften überlegen