Vertalingen klemmen NL>DE
klemmen
werkw.
Uitspraak: | [ˈklɛmə(n)] |
Verbuigingen: | klemde (verl.tijd ) heeft geklemd (volt.deelw.) |
1) stevig tegen iets aan drukken en zo vastzitten of -houden -
drücken , schlingen Ze klemde haar benen om mijn middel. - Sie schlang ihre Beine um meine Taille. een kind in je armen klemmen - ein Kind in seine Arme schließen |
2) moeilijk open- en dichtgaan -
klemmen De voordeur klemt. - Die Haustüre klemmt. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
klemmen (ww.) | drücken (ww.) ; klammern (ww.) ; pressen (ww.) ; quetschen (ww.) ; umklammern (ww.) ; zwängen (ww.) |
klemmen | festfressen ; klemmen |
Bronnen: Wikipedia; interglot; Download IATE, European Union, 2017.; SEG
Voorbeeldzinnen met `klemmen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: blijven stekenNL: knellenNL: omklemmenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (een kind) tegen z. aan
klemmen
DE: an sich pressenNL: klemmend bewijs
DE: schlagender BeweisNL: klemmende redenen
DE: triftige Gründe