Vertalingen heet NL>DE
heet
bijv.naamw.
1) met een hoge temperatuur -
heiß Pas op, goed blazen, want de soep is gloeiend heet. - Pass auf, gut pusten, denn die Suppe ist glühend heiß. |
2) (van eten) sterk gekruid en prikkelend in je mond -
scharf Deze pepertjes zijn erg heet. - Diese Chilischoten sind ziemlich scharf. |
3) seksueel opgewonden -
heiß , geil heet worden van lekkere billen - von hübsch anzusehenden Hintern heiß werden |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
heet | heiß ; gepfeffert ; scharf ; prikelnder Geschmack ; pikant ; hochradioaktiv ; hitzig ; hingebungsvoll ; herzhaft ; gereizt ; aufgeregt ; geil ; feurig ; erregt ; erregend ; enthusiastisch ; eifrig ; begeistert ; aufgregend |
Bronnen: mwb; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `heet`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: brandendNL: geilNL: gekruidNL: gepeperdNL: gloeiendNL: hartigNL: hevigNL: hitsigNL: koortsigNL: opgewondenUitdrukkingen en gezegdes
NL: voor heter vuren gestaan hebben
DE: härtere Nüsse zu knacken gehabt haben