Vertalingen gewend NL>DE
gewend
bijv.naamw.
als je iets door ervaring gewoon vindt -
gewöhnt gewend zijn om een eitje bij je ontbijt te eten - gewohnt sein, ein Ei zum Frühstück zu essen gewend zijn aan heet gekruid voedsel - scharf gewürztes Essen gewohnt sein |
Dat ben ik niet van je gewend. (=<dit zeg je als iemand iets onverwachts doet>) - Das bin ich nicht von dir gewohnt.
Ben jij naar de sportschool geweest? Dat ben ik niet van je gewend. - Warst du zum Fitnessstudio? Das bin ich nicht von dir gewöhnt.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `gewend`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: gewoonUitdrukkingen en gezegdes
NL: iets
gewend zijn
DE: etwas gewohnt, an etwas (4) gewöhnt seinNL: aan iets
gewend raken
DE: sich an etwas (4) gewöhnenNL: jong
gewend oud gedaan
DE: jung gewohnt, alt getan