Vertalingen buidel NL>DE
de buidel
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [ˈbœydəl] |
Verbuigingen: | buidels (meerv.) |
1) geldzak -
Beutel (der ~) diep in de buidel tasten (=erg veel geld betalen) - tief in die Tasche greifen
We moesten voor die aankoop diep in de buidel tasten. - Wir musten für diesen Ankauf tief in die Tasche greifen.
|
2) zakvormige huidplooi op de buik bij dieren -
Beutel (der ~) de buidel van een kangoeroe - der Beutel eines Känguruhs |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de buidel (m) | der Beutel |
buidel | Beutel ; Puppe |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `buidel`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: beursNL: tasNL: zak