Vertalingen bil NL>DE
bil
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [bɪl] |
| Verbuigingen: | billen (meerv.) |
elk van de twee lichaamsdelen waarop je zit -
Hinterbacke (die ~) | pijnlijke billen van de lange fietstocht - ein schmerzender Hintern von der langen Fahrradtour |
 met de billen bloot moeten
(=moeten zeggen wat je had willen verzwijgen) - Farbe bekennen müssen
|
| wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
(=je moet de gevolgen accepteren van wat je verkeerd doet) - Wer sich den Hintern verbrennt, muss auf den Blasen sitzen.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de bil (v) | die Backe ; die Hinterbacke |
| de bil | die Arschbacke ; die Backe ; die Gesäßbacke ; jemand auf den Hintern schlagen ; jemand den Hintern versohlen ; die Pobacke |
| bil | Hinterschiff |
Bronnen: Wikipedia; Wiktionary; interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `bil`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achtersteNL: zitvlakUitdrukkingen en gezegdes
NL: Iemand voor de
billen geven
DE: einem den Hintern versohlenNL: wie zijn
billen brandt, moet op de blaren zitten
DE: was man sich eingebrockt hat, muß man auch ausessen
