Vertaal
Naar andere talen: • aangeven > ENaangeven > ESaangeven > FR
Vertalingen aangeven NL>DE

aangeven

werkw.
Uitspraak:  anxevə(n)]
Verbuigingen:  gaf aan (verl.tijd ) heeft aangegeven (volt.deelw.)

1) in de handen geven - angeben
Geef me de peper even aan. - Gib mir die Pfefferschote eben an.

2) laten weten - angeben
De dirigent geeft de maat aan. - Der Dirigent gibt den Takt an.
Je moet maar aangeven wanneer je klaar bent. - Du must angeben, wann du fertig bist.
uitdrukking de toon aangeven

3) aan de overheid bekend maken - anzeigen , melden
een diefstal aangeven bij de politie - einen Diebstahl bei der Polizei anzeigen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
aangeven (ww.) hergeben (ww.) ; verraten (ww.) ; verpfeifen (ww.) ; reichen (ww.) ; petzen (ww.) ; melden (ww.) ; markieren (ww.) ; kennzeichnen (ww.) ; hinüberreichen (ww.) ; hinhalten (ww.) ; herüberreichen (ww.) ; herumgeben (ww.) ; etwas zeigen (ww.) ; etwas andeuten (ww.) ; deklarieren (ww.) ; darreichen (ww.) ; anzeigen (ww.) ; anmelden (ww.) ; angeben (ww.)
aangeven (werkw.) angeben
het aangevendie Angabe ; die Zollerklärung ; die Meldung ; die Anzeige
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `aangeven`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanbrengen
NL: aanduiden
NL: aangifte
NL: aanreiken
NL: aanwijzen
NL: afgeven
NL: declaratie
NL: declareren
NL: geven
NL: iets aanwijzen