Vertalingen vlag NL>DE
vlag
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [vlɑx] |
Verbuigingen: | vlaggen (meerv.) |
doek in een of meer kleuren dat een land of een partij vertegenwoordigt of dat dient om een signaal te geven -
Fahne (die ~), Flagge (die ~) met een vlag zwaaien - eine Fahne schwenken de vlag hijsen - die Flagge hissen De vlaggen wapperen in de wind. - Die Fahnen wehten im Wind. |
de witte vlag (=vlag waarmee je zwaait als je je overgeeft) - weiße Fahne
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de vlag (m) | die Flagge |
de vlag | das Banner ; die Fahne ; die Standarte ; der Wimpel |
vlag | Bart ; Blockbegrenzung ; Fahne ; Flag ; Flagge ; Kennzeichen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `vlag`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: banierNL: standaardNL: vaanNL: vaandelNL: vendelUitdrukkingen en gezegdes
NL: de
vlag dekt de lading
DE: die Flagge deckt die LadungNL: met
vlag en wimpel
DE: glänzendNL: (dat) staat als een
vlag op een modderschuit
DE: paßt wie die Faust aufs Auge