Vertaal
Naar andere talen: • omcirkelen > ENomcirkelen > ESomcirkelen > FR
Vertalingen omcirkelen NL>DE

omcirkelen

werkw.
Uitspraak:  [ɔmˈsɪrkələ(n)]
Verbuigingen:  omcirkelde (verl.tijd ) heeft omcirkeld (volt.deelw.)

een cirkel om iets heen tekenen of maken - einkreisen , umkreisen
een rood omcirkeld icoontje - ein rot umkreistes Piktogramm

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
omcirkelen (ww.) ein Kreis zechnen (ww.) ; einkreisen (ww.) ; herumfahren (ww.) ; umgeben (ww.) ; umkreisen (ww.) ; umringen (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `omcirkelen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: draaien om
NL: een cirkel tekenen om
NL: omsingelen
NL: omsluiten