1. MWB
  2. Vertalen
  3. snuit (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • snuit > EN • snuit > ES • snuit > FR
Vertalingen snuit NL>DE

de snuit

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [snœyt]
Verbuigingen:  snuiten (meerv.)

1) bek en neus van een dier - Schnauze (die ~)
de snuit van een varken - die Schnauze eines Schweines
De hond rook met zijn natte snuit aan mijn broek. - Der Hund schnupperte mit seiner nassen Schnauze an meiner Hose.

2) gezicht - Schnute (die ~)
een vrolijke snuit - eine fröhliche Schnute

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de snuit (v) die Schnauze
de snuit (m) die Fratze ; die Hundeschnauze ; der Rüssel ; der Schweinerüssel ; die Visage
snuit Rüssel ; Schnauze ; die Schnauze
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `snuit`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: bakkes
NL: bek
NL: mond
NL: ponum
NL: porum
NL: smoel
NL: smoelwerk
NL: snavel
NL: snoet
NL: tronie