Vertalingen schat NL>DE
de schat
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [sxɑt] |
Verbuigingen: | schatten (meerv.) |
1) grote verzameling kostbaarheden -
Schatz (der ~), Schatz-... schatten verdienen met... (=veel geld verdienen met...) - einen Haufen Geld mit etwas verdienen
|
een schat aan informatie (=veel informatie) - ein Reichtum an Informationen
|
2) <woord waarmee je iemand aanspreekt die je lief vindt>
-
Schatz (der ~) Lieve schat, ik kom vandaag wat later thuis. - Lieber Schatz, ich komme heute etwas später nach Hause. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de schat (m) | das Juwel ; das Lieb ; die Liebe ; der Liebling ; der Schatz |
de schat | Schatz ; Tresor |
Bronnen: interglot; Trueterm; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `schat`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bemindeNL: bezitNL: bolwerkNL: duifjeNL: engelNL: geldschatNL: geliefdeNL: kinder-dagverblijfNL: liefjeNL: liefste