Vertaal
Naar andere talen: • stapel > ENstapel > ESstapel > FR
Vertalingen stapel NL>DE

de stapel

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [ˈstapəl]
Verbuigingen:  stapels (meerv.)

1) hoeveelheid spullen op elkaar - Stapel (der ~)
een stapel boeken - ein Stapel Bücher

2) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking op stapel zetten

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking te hard van stapel lopen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de stapel (m) die Ansammlung ; der Haufen ; die Häufung ; die Masse ; die Menge ; der Stapel ; der Stoß
stapel Fassstapel ; freie Stöße ; Haufen ; Heap ; Stapel
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `stapel`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: accumulatie
NL: belust
NL: berg
NL: boel
NL: drom
NL: getikt
NL: hoop
NL: massa
NL: menigte
NL: opeenhoping

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: een stapel boeken DE: ein Stoß, Stapel Bücher
NL: aan stapels zetten DE: in Haufen setzen, aufstapeln
NL: (een schip) op stapel zetten DE: auf Stapel legen
NL: v. stapel lopen DE: vom Stapel laufen, (figuurlijk, ook) vonstatten gehen
NL: te hard van stapel lopen DE: (figuurlijk) zu hitzig anfangen
NL: op stapel staan DE: auf Stapel liegen