Vertalingen samenvoegen NL>DE
samenvoegen
werkw.
Uitspraak: | [ˈsamə(n)vuxə(n)] |
Verbuigingen: | voegde samen (verl.tijd ) heeft samengevoegd (volt.deelw.) |
tot een nieuw geheel maken -
verbinden , zusammenfügen twee regionale radiozenders samenvoegen - zwei regionale Radiosender zusammenfügen |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
samenvoegen (ww.) | ketten (ww.) ; zusammenlegen (ww.) ; zusammenkommen (ww.) ; zusammenfügen (ww.) ; verschmelzen (ww.) ; verknüpfen (ww.) ; verketten (ww.) ; vereinigen (ww.) ; vereinen (ww.) ; verbinden (ww.) ; kuppeln (ww.) ; koppeln (ww.) ; kombinieren (ww.) ; anschließen (ww.) ; aneinanderreihen (ww.) |
samenvoegen (werkw.) | zusammenfügen |
samenvoegen | Abdichtung ; Zusammenstellen ; Verflechtung ; Vereinigung ; vereinigen ; mischen ; Maserungszusammensetzung ; Fügung ; Fügen ; einordnen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `samenvoegen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aaneenschakelenNL: bijeen voegenNL: bijvoegenNL: combinerenNL: integrerenNL: koppelenNL: verbinden