Vertalingen omgeven NL>DE
omgeven
werkw.
Uitspraak: | [ɔmˈxevə(n)] |
Verbuigingen: | omgaf (verl.tijd ) heeft ~ (volt.deelw.) |
in de buurt zijn van (iets of iemand) -
umgeben een landhuis omgeven door bossen - ein Landhaus, von Wäldern umgeben zich omgeven met toegewijde medewerkers - sich mit ergebenen Mitarbeitern umgeben |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
omgeven (ww.) | einschließen (ww.) ; umgeben (ww.) ; umringen (ww.) ; umschließen (ww.) |
omgeven (werkw.) | umgeben |
omgeven | binnen- |
Bronnen: interglot; Wiktionary; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `omgeven`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: insluitenNL: omringen