Vertalingen omringen NL>DE
omringen
werkw.
Uitspraak: | [ɔmˈrɪŋə(n)] |
Verbuigingen: | omringde (verl.tijd ) heeft omringd (volt.deelw.) |
(in de vorm van een cirkel) in de buurt zijn van -
umzingeln , umringen , umgeben Een gracht omringt het centrum van de stad. - Eine Gracht umgibt die Stadtmitte. omringd door fans - von Fans umringt |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
omringen (ww.) | einschließen (ww.) ; umgeben (ww.) ; umringen (ww.) ; umschließen (ww.) |
omringen (werkw.) | umringen |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `omringen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanwezig zijnNL: insluitenNL: omgeven