Vertalingen opofferen NL>DE
I opofferen
werkw.
Uitspraak: | [ˈɔpɔfərə(n)] |
Verbuigingen: | offerde op (verl.tijd ) heeft opgeofferd (volt.deelw.) |
(iets wat je graag had gehouden of gebruikt) niet voor jezelf gebruiken -
opfern je vrije avond opofferen om de computer van de buren te installeren - den freien Abend opfern, um den Computer der Nachbarn zu installieren |
II zich opofferen
reflexief werkw.
Uitspraak: | [ˈɔpɔfərə(n)] |
Verbuigingen: | offerde zich op (verl.tijd ) heeft zich opgeofferd (volt.deelw.) |
aanbieden iets te doen waar niemand zin in heeft, maar dat wel gebeuren moet -
sich opfern © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
opofferen (ww.) | aufgeben (ww.) ; opfern (ww.) |
opofferen (werkw.) | aufopfern ; opfern |
Bronnen: interglot; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `opofferen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afstaanNL: offerenNL: opgevenNL: prijsgevenNL: toewijden