Vertalingen oefenen NL>DE
oefenen
werkw.
Uitspraak: | [ˈufənə(n)] |
Verbuigingen: | oefende (verl.tijd ) heeft geoefend (volt.deelw.) |
leren door herhalen -
üben Goochelen leer je door veel te oefenen. - Zaubern lernt man durch stetiges Üben. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
oefenen (ww.) | ausbilden (ww.) ; bilden (ww.) ; einstudieren (ww.) ; einüben (ww.) ; entwickeln (ww.) ; exerzieren (ww.) ; heranbilden (ww.) ; proben (ww.) ; repetieren (ww.) ; sichwiederholen (ww.) ; studieren (ww.) ; trainieren (ww.) ; üben (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `oefenen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bekwamenNL: coachenNL: hardenNL: herhalenNL: makenNL: ontwikkelenNL: praktiserenNL: repeterenNL: trainenUitdrukkingen en gezegdes
NL: geduld
oefenen
DE: Geduld üben, sich geduldenNL: geoefend personeel
DE: geschultes Personal