Vertalingen gevel NL>DE
de gevel
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [ˈxevəl] |
Verbuigingen: | gevels (meerv.) |
buitenmuur van een gebouw, speciaal aan de voorkant -
Giebelwand (die ~) een bord met het logo van het bedrijf aan de gevel ophangen - ein Schild mit dem Unternehmenslogo an der Giebelwand aufhängen achtergevel - rückwärtiger Giebel |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de gevel (m) | die Fassade ; das Gesicht ; der Giebel ; die Giebelwand ; die Ladenfront ; die Spitze ; das vordere Ende ; der Vordere Giebel ; der Vorderrand |
de gevel | die Fassade |
gevel | Fassade ; Giebel |
Bronnen: Wiktionary; interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `gevel`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: façadeNL: frontNL: puiNL: voorgevelNL: voorkantNL: voormuurNL: voorzijde