1. MWB
  2. Vertalen
  3. dadelijk (NL>DE)
Vertaal
Naar andere talen: • dadelijk > EN • dadelijk > ES • dadelijk > FR
Vertalingen dadelijk NL>DE

dadelijk

bijwoord
Uitspraak:  [ˈdadələk]

1) onmiddellijk, meteen - sofort , unmittelbar
Je moet dit dadelijk doen. - Du musst es sofort tun.

2) na korte tijd - gleich
Dadelijk ga ik weer aan het werk. - Gleich mache ich mich wieder an die Arbeit.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
dadelijk auf der Stelle ; augenblicklich ; bald ; direkt ; gleich ; sofort ; sofortig ; sogleich ; unmittelbar
Bronnen: interglot; Wiktionary


Voorbeeldzinnen met `dadelijk`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanstonds
NL: daarnet
NL: daarstraks
NL: direct
NL: gelijk
NL: juist
NL: meteen
NL: net
NL: onmiddellijk
NL: pas

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: dadelijk ingaand DE: ab sofort
NL: gevraagd voor dadelijk DE: für sofort gesucht