Vertalingen brug NL>DE
brug
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [brʏx] |
Verbuigingen: | bruggen (meerv.) |
1) soort weg over een rivier -
Brücke (die ~) een brug slaan tussen (verschillende partijen of standpunten) (=proberen (ze) tot elkaar te brengen) - eine Brücke zwischen (verschiedenen Parteien oder Standpunkten) bauen
|
over de brug komen (=toch doen wat je eerst niet wilde) - das Portemonnaie zücken
Toen niemand wilde betalen, kwam ik maar over de brug. - Als niemand bezahlen wollte, zückte ich mal das Portemonnaie.
|
2) stukje kunstgebit dat vastzit aan de aangrenzende tanden of kiezen -
Brücke (die ~) Deze verzekering vergoedt maximaal één brug en twee kronen. |
3) gymnastiektoestel met twee ronde horizontale balken -
Barren (der ~) brug met ongelijke leggers - Stufenbarren |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de brug | die Brücke |
brug | Barren ; Bridge ; Bruecke ; Brücke ; Brückenfeld ; Messbrücke ; Querhaupt ; Ruderhaus ; Schaltbrücke ; Steuerhaus ; Stufenbarren (m-p) ; Zweig ; Öffnung |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `brug`

Voorbeeldzinnen laden....
Uitdrukkingen en gezegdes
NL: kom eens over de
brug!
DE: rücke mal mit dem Geld heraus!