Vertaal
Naar andere talen: • bezweren > ENbezweren > ESbezweren > FR
Vertalingen bezweren NL>DE

bezweren

werkw.
Uitspraak:  [bəˈzwerə(n)]
Verbuigingen:  bezwoer (verl.tijd ) heeft bezworen (volt.deelw.)

1) met veel nadruk beweren - beschwören , beteuern
Anna bezwoer me dat ze het nooit meer zou vergeten. - Anna beteuerte, dass sie es niemals mehr vergessen würde.

2) zorgen dat iets niet erger wordt en voorbijgaat - entschärfen , beschwören
een ruzie of een crisis bezweren - einen Streit oder eine Krise entschärfen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
bezweren (ww.) anflehen (ww.) ; ausstossen (ww.) ; beschwören (ww.) ; ersuchen (ww.) ; Schlangen beschwören (ww.) ; verbannen (ww.)
Bronnen: Wikipedia; interglot


Voorbeeldzinnen met `bezweren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afwenden
NL: bannen
NL: betoveren
NL: bidden
NL: boeien
NL: garanderen
NL: slangen bezweren
NL: uitbannen
NL: uitstoten
NL: uitwijzen