Vertaal
Naar andere talen: • poser > DEposer > ENposer > ES
Vertalingen poser FR>NL
[poze]

1 mettre, placer - (neer)zetten

  'poser un plat sur la table'
  een gerecht op tafel zetten


2 installer - installeren

  'poser une serrure'
  een slot plaatsen

  'poser la moquette'
  de vloerbedekking leggen


3   poser une question à ···
demander ··· à ··· - iemand een vraag stellen


4   poser un problème
constituer un problème, une difficulté - een probleem vormen


5   poser sa candidature
se présenter à une élection ou à un poste - zich kandidaat stellen
[poze]


1 rester immobile pour être peint ou photographié - poseren
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
poser (ww.) neerleggen (ww.) ; zetten (ww.) ; vragen (ww.) ; vastzetten (ww.) ; vastmaken (ww.) ; stellen (ww.) ; stationeren (ww.) ; posteren (ww.) ; posten (ww.) ; plaatsen (ww.) ; onderuit halen (ww.) ; neerzetten (ww.) ; neervlijen (ww.) ; leggen (ww.) ; in functie aanstellen (ww.) ; iets neerleggen (ww.) ; ergens aan bevestigen (ww.) ; doen (ww.) ; deponeren (ww.) ; bijzetten (ww.) ; bevestigen (ww.) ; benoemen (ww.)
poser klinken ; veroorzaken ; uitwaaieren ; slaan
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `poser`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: accoter
FR: accouder
FR: adosser
FR: affirmer
FR: apposer
FR: arc-bouter
FR: avancer
FR: charger
FR: coller
FR: déposer

Uitdrukkingen en gezegdes
FR: poser une dent NL: een tand inzetten
FR: poser une question NL: een vraag stellen
FR: poser des rideaux NL: gordijnen ophangen
FR: poser en principe NL: als beginsel aannemen
FR: posé que NL: gesteld dat
FR: faire poser quelqu'un. NL: iemand laten wachten