Vertalingen déplacer FR>NL
[deplase]1 changer de place - verplaatsen
'déplacer l'armoire'
de kast verplaatsen2 changer d'heure - verzetten
'déplacer un rendez-vous'
een afspraak verzetten© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
déplacer (ww.) | roeren (ww.) ; verzetten (ww.) ; vervoeren (ww.) ; verschikken (ww.) ; verrijden (ww.) ; verplaatsen (ww.) ; verleggen (ww.) ; transporteren (ww.) ; transponeren (ww.) ; standplaats veranderen (ww.) ; plaats maken (ww.) ; overzetten (ww.) ; overplaatsen (ww.) ; opschuiven (ww.) ; iets verplaatsen (ww.) ; disloqueren (ww.) |
déplacer | slepen ; verplaatsen ; verdrijven |
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `déplacer`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
FR: agiterFR: balancerFR: ballotterFR: bercerFR: bougerFR: bouleverserFR: brouillerFR: décalerFR: déménagerFR: déranger