Vertaal
Naar andere talen: • relier > DErelier > ENrelier > ES
Vertalingen relier FR>NL
[ʀəlje]

1 mettre en contact - verbinden

  'relier une imprimante à un ordinateur'
  een printer met een computer verbinden

  'Ce chemin relie les deux villages.'
  Deze weg verbindt beide dorpen.


2 mettre en rapport - met elkaar in verband brengen

  'relier des idées'
  ideeën met elkaar in verband brengen


3 faire tenir ensemble les feuilles d'un livre - inbinden
© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
relier (ww.) kluisteren (ww.) ; verbinden (ww.) ; vastmaken (ww.) ; vastbinden (ww.) ; van verband voorzien (ww.) ; toebinden (ww.) ; strikken (ww.) ; samenknopen (ww.) ; samenbinden (ww.) ; paren (ww.) ; onderling verbinden (ww.) ; koppelen (ww.) ; knopen (ww.) ; knevelen (ww.) ; ketenen (ww.) ; intrigeren (ww.) ; inbinden (ww.) ; fascineren (ww.) ; dichtbinden (ww.) ; boekbinden (ww.) ; boeien (ww.) ; binden (ww.) ; afsnoeren (ww.) ; afbinden (ww.) ; aaneenbinden (ww.) ; aan elkaar binden (ww.)
relier aansluiten ; binden
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `relier`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
FR: abouter
FR: accoler
FR: accoupler
FR: accrocher
FR: amarrer
FR: ancrer
FR: atteler
FR: coller
FR: coudre
FR: cramponner